maandag 7 november 2011

Voor mij?

Ik zie sterretjes. Het is niet omdat ik op mijn rug in mijn achtertuin naar de hemel lig te staren. Maar ik zie ze wel. Net alsof ik heel hard mijn hoofd heb gestoten. Het was op een lange weg. Maximaal 80. Met minstens 20 paar rode achterlichtjes voor mij reed ik daar. De voorste reed waarschijnlijk precies de toegestane snelheid. We sukkelden achter elkaar aan. Een gangetje van 70. Waarschijnlijk allemaal mensen die, net als ik, terug naar huis reden. Het was donker. Hier en daar een lantaarnpaal die verlichting bracht. Tegenliggers met felle lampen. De eerste tegenligger knipperde met zijn lampen. Die reed door een kuil, dacht ik. De volgende hetzelfde. Bij de derde viel het op. Zoveel kuilen zitten er toch niet in de weg? Bij de vierde dacht ik dat het voor de auto voor mij was bedoeld. Of voor degene achter mij. Maar toen zij allebei afsloegen en het seinen bleef aanhouden… controle? Waarschuwden ze voor een politiewagen die verdekt opgesteld in de berm stond? Maar, ook op de volgende weg bleef het maar doorgaan. Was het dan toch voor mij bedoeld? Mijn lichten staan aan toch? Tenminste, het lijkt er wel op. Het lampje op mijn dashboard verteld mij dat ze toch echt aanstaan. Maar… ohw… zeg dat dan! Een van mijn koplampen schijnt niet meer. Met dank aan een heleboel oplettende weggebruikers, die blijkbaar het beste voorhebben met hun medechauffeurs. Ik laat hem morgen repareren. Morgen hoeven jullie dus niet meer te seinen, ik zie nog steeds sterretjes van alle felle lampen. Ik weet het nu. Komt goed.

dinsdag 20 september 2011

Gordijnroede96

Hxptv233BRyZ56, gnHMo0178vs, tv670ZGp… ik ben de draad kwijt. Ik kan het niet onthouden. En dat vind ik lastig. Moet al zoveel opslaan in mijn hersenpan. Dit soort onvolgbare dingen passen er echt niet meer bij. En wijzigen, dat kan dan weer niet. Zou er graag een leesbaar, begrijpelijk iets voor in de plaats hebben. Gewoon iets simpels dat te onthouden is. Maar dat is een onmogelijkheidje, een kan-niet-gevalletje, een je-moet-het-er-maar-mee-doen-itempje. Een bestandje helpt mij onthouden. Handig is anders. Je opent de pagina. Je opent het bestandje. Je selecteert, kopieert en plakt het onleesbare, onbegrijpelijke en onhandige en dan ben op de plaats van bestemming. Ik begrijp heus wel dat de automatische generator allemaal identieke combinaties moet maken. Maar kunnen de bouwers van die dingen er dan misschien een Nederlandse woordenlijst aan koppelen? Eventueel met twee logische woorden aan elkaar gekoppeld en een getalletje? Ik denk bijvoorbeeld aan ‘patatjemet24’, ‘fietsbel31’, ‘achteruitkijkspiegel12’, ‘gordijnroede96’, ‘theekopje87’. Paar eenvoudige voorbeelden. Veel makkelijker te onthouden en ook niet zo makkelijk te kraken. Toch? Of moeten wachtwoorden perse zo ingewikkeld zijn? En als ze dan ingewikkeld zijn, zorg dan dat iemand hem zelf kan wijzigen. Worden we allemaal veel blijer van! Tot die tijd hou ik een ingewikkelde-wachtwoorden-bestand bij. En dat bestandje heet: IkHnO, Ik Kan Het Niet Onthouden. Makkelijk toch?  

woensdag 17 augustus 2011

hashtagvirus

Neem een grote hap lucht. Doe net alsof je het wedstrijdbad van 25 meter onder water heen en weer moet zwemmen. Klaar?
#iknoemhetaltijdeenhekjesimpelwegomdatikbijhetinstellenvanmijnvoicemaileenhekjemoetintoetsenalsikklaarbenmaartegenwoordigishethekjegeenhekjemeermaareenhashtaghetwoordisgemoderniseerdenheefteenduidelijkefunctiegekregenopsocialmediasiteshetcategoriseerdberichtenenonderwerpenenjekunthetgebruikenomtezoekenoptwitterendatisbesteeninteressanteontwikkelingwantsindsdehashtagschrijvenwijwoordenaanelkaarendanmoetenwezelfverzinnenwaardespatiesenleestekenshorentestaanwatsomsbesteenlastigeopgaveisalsikergenseenaaneengeschrevenzinzieachtereenhashtagdanleesikdezinmetingehoudenademenenmetdezelfdehapluchtprobeerikhetooktebegrijpensomsbenikdanalblauwaangelopennetzoalsbijhetschrijvenvandezeenormehashtagwatikmetingehoudenademdoewaardoorikinmiddelsalminstensvierkeerblauwbenaangelopenwatnatuurlijknietheelhandigisbovendienkosthetmeookontzettendveelmoeiteomdespatiebalkteweerstaanwanthetisbijmijeenveelgebruiktetoetshetmaaktzinnentotleesbarezinnengelukkigisdebackspacetoetsmijvandienstomdeoverbodigespatiesteverwijderenvolgjemenogendaarhoortdaneenvraagtekenachtermaardatdoeiknietomdatleestekensachterhashtagsnoueenmaalnietgebruikelijkzijnmaarookikmoetmetdetijdmeedusdehashtaggebruikikookandersbeniknietvindbaarikkanheminmiddelsblindelingsvindenshiftdrieendanverschijnthijopmijnschermwateentoestandenwateenonleesbareblogisditgewordendaaromzetikernumaareenpuntachtermaarnatuurlijkgeenechtepuntwantdathoortweernietbijhethashtagvirus
Ik mis punten, komma’s, spaties en andere leestekens in het dagelijks taalgebruik op social media sites. En je mag nu weer ademen. Punt.

donderdag 14 juli 2011

Peuterproof longdrinkglas

Mijn dochter is 2,5. Een peuter, die ’grotemensendingen’ machtig interessant vindt. Waar een hoop grote mensen een hekel aan hebben, strijken, vindt zij fantastisch. Als mama of papa gaat strijken wil ze maar al te graag meehelpen. Met haar eigen, knalroze, plastic strijkijzer levert ze vouw- en kreukloos de theedoeken en dweiltjes op.
Nog zo’n ding. Drinken uit een groot glas. Niet zo’n klein plastic bekertje. Allang niet meer interessant. Nee, het echte werk. Een ‘longdrinkglas’. Mijn glas is het einde, wil zij ook. Ik leg uit dat ze voorzichtig moet zijn met glazen, want als ze vallen gaan ze stuk. Uiteindelijk valt dat glas natuurlijk op de grond, maar… opvoeddilemma: niet stuk. Het glas blijft heel. Leg dat maar eens uit, dat glazen soms niet stuk gaan als ze vallen. Voor de zekerheid heeft ze nu haar eigen peuterproof longdrinkglas. Plastic. Vandaag was het opeens een paar minuten muisstil in huis, als ik na een paar minuten toch maar eens ga kijken wat er in de keuken gaande is, tref ik de inhoud van de net aangeschafte tissuedoos op de grond. Overal sneeuwwitte propjes. Als ik vraag waarom alle tissues uit de doos zijn, geeft zij een heel logisch antwoord: “moet onderaan beginnen mama”. Doen we tenslotte ook met aankleden. Eerst een hemd, dan een shirt. Onderaan beginnen. Peuterlogica.

maandag 4 juli 2011

Groene goudvis

Wat staat er op het menu van jouw goudvis? Ik heb er geen, maar als ik er wel één had, dan kreeg hij visvoer.

Zo'n potje met van die flinterdunne, ieniemini 'papierlookalikes'. Zo'n potje bevat slechts een paar gram. Je doet er minstens een half jaar mee. Een goudvis is namelijk geen grote eter. Naast de dagelijkse maaltijd knabbelt hij nog een beetje aan de waterplanten, dan heeft hij genoeg voor de dag.Een potje visvoer kost hooguit drie euro. Als je hem dagelijks een luxe maaltijd wilt voorschotelen, betaal je vier euro. Koop je een grootverpakking, dan betaal je nog meer, maar dan doe je er een jaar mee. Bezuinigen op het eten van de goudvis is dus niet aan de orde. En toch zijn er mensen die zich afvragen of een goudvis ook iets anders mag eten. Gras bijvoorbeeld. Gras? Ja, gras. Als je goudvis gras mag eten, scheelt dat je minimaal drie euro per jaar. Kan je weer een extra ijsje eten in de zomer. Een boterpakje in een chocoladejasje kost anno 2011 ook drie euro. Hoe ik weet dat mensen zich afvragen of een goudvis ook gras mag? Heel simpel. In de statistieken van mijn blog kun je zien waar je op gevonden wordt. En 'mag goudvis gras' is daar één van. Ik heb het ingetikt in de zoekmachine en ja hoor: bovenaan. Dus als je niet meer weet hoe mijn blog heet, je kan ook zoeken op 'mag goudvis gras'. Bovenste URL. Ik heb ooit een blog geschreven over een intelligente goudvis, dat gecombineerd met 'het gras is groen', geeft hits in de zoekmachine. Benieuwd of 'groene goudvis' ook wat oplevert.

woensdag 29 juni 2011

Kijk op spek

Mijn dochter is fan van spek. Je weet wel. Die zachte zoete dingen. Vaak geel en roze gekleurd. Met of zonder laagje suiker. Ze verkopen die dingen ook in uitdeelverpakkingen. Tien kleine zakjes in een grote zak.
Vanmorgen. Ze had alle spekjes uit het kleine zakje gretig naar binnen gewerkt. Het lege zakje was voor mij. De nieuwe puzzel maakte dat er even geen tijd was om naar de prullenbak te lopen. Mocht ik doen aangezien ik toch naar de keuken ging om koffie in te schenken. Tijdens dat loopje vroeg ik me af waar spek eigenlijk van gemaakt was. Wat moet je mengen om zulke zachte zoete kussentjes te creëren. De ingrediëntenlijst moest mij het antwoord geven. Dat deed het ook. Hoewel ik het productieproces nog eens moet opzoeken. Die lijst met ingewikkelde en minder ingewikkelde stofjes en dingetjes gaf mij een heel andere kijk op spek. Eigenlijk gruwel ik sindsdien van spek. Spek blijkt namelijk iets te bevatten van varkens. Ik schrok daarvan. Varkensgelatine. Gelatine wordt van de collageen uit huid en weefsels van varkens gemaakt. Ik wist dat niet. Ik eet wel vlees enzo, maar dat ook snoepgoed iets bevat van dieren… Misschien moet ik er gewoon niet te veel over nadenken. Voor mij voorlopig geen spek meer. En geen ingrediëntenlijstjes.

zaterdag 18 juni 2011

Elevator pitch

We liepen naar binnen. Helemaal achterin, aan de rechterkant. De lift in. Onze bestemming: tweede verdieping. Het warenhuis wordt verbouwd. Nieuwe vloer. Nieuwe plafondplaten. Nieuwe stellingen.
We waren niet alleen in de lift. Een bouwvakker ging met ons mee omhoog. Geïnteresseerd keek hij in de kinderwagen. “Aaahhh, een jongetje”. Ik glimlachte. “Hoe oud is hij?”. Ik antwoordde. “Tjonge, een mannetje en een vrouwtje, van alles wat”. Ik glimlachte weer. “Enne, hoe ging de bevalling? Is hij in het ziekenhuis geboren of thuis”. Ik vertelde hem dat hij thuis geboren was. “Hoe lang duurde de bevalling?”. Verbaasd keek ik hem aan, ik haperde wat en zei “twee uurtjes”. Toen was het zijn beurt om verbaasd te kijken. “Hahaha, een snelle jongen noemen ze dat!”. Pling. De lift stopte. De deuren gingen open. We stapten uit op de tweede verdieping. Ik keek hem na. Enigszins verbaasd door het gesprek. Een ‘elevator pitch’. Maar dan anders.

donderdag 2 juni 2011

Witte voeten

Een wit voetje halen. Een spreekwoord. Ontstaan in de 16e eeuw. Toen werd nog op een aantal wegen tol geheven. Als jouw paard één of meerdere witte voeten had, dan mocht je gratis doorrijden. Een gunst. Wit was tenslotte ‘zuiver’ en magisch’. Een voorkeursbehandeling voor schimmels en paarden met witte voeten.
Een voorkeursbehandeling, een wit voetje. Maar sommigen hoeven geen wit voetje te halen. Die hebben dat hun hele leven lang en daarvoor hoeven ze niets te doen. En soms zorgen juist diegenen op een andere manier voor een wit voetje. Letterlijk. Vandaag had ik zo’n gevalletje. Of eigenlijk: een heleboel gevalletjes. Witte voetjes. Ik heb ze niet geteld, maar ik schat een paar honderd. Twee paar witte voeten die de hele dag door je huis denderen. Dat was nodig om het schuine dak mooi af te werken. Gelukkig was de dweil zo vriendelijk om de ontelbare afdrukken van de vloer te verwijderen. De witte voetjes zijn weer van de vloer. Nu nog de schroefgaten en de naden van de gipsplaten afwerken. Bedankt pap. Voor je vakkundige hulp vandaag. Alleen hadden we het niet gekund.

dinsdag 17 mei 2011

Over en sluiten

Het is jammer voor mij. Maar het zat eraan te komen. Klein wordt groot. Houdt het langer vol. Twee jaar en vier maanden heeft het geduurd. Best lekker hoor. In die tijd kon ik van alles doen. Hangen op de bank, boekje lezen, buiten zitten… en alles wat je nog kan bedenken.
Het werd de laatste maanden al steeds een beetje korter. Ooit begon het met vier. Dat is vrij lang zo gebleven. Maar vier werd drie. Drie werd twee. En toen we op twee zaten, dat is sinds februari ofzo werd het aan het einde van de dag weer lastiger. Zeven uur erin, zingen en kletsen tot acht uur. Soms wel tot half negen of negen uur. Ja, zingen en kletsen in d’r eentje houdt ze best een tijdje vol. Gewoon de dag doornemen of liedjes zingen voor je knuffels.  Maar het is nu toch echt voorbij. De hele dag druk spelen, rennen en puzzelen. Om zeven uur naar bed en om kwart over zeven is ’t stil boven. Het middagslaapje is niet meer. Eruit gesloopt. Twee uurtjes slapen tussen de middag past niet meer in ’t patroon. Over en sluiten ermee. Kleine meisjes worden groot.

dinsdag 3 mei 2011

Verkeerd geadresseerd

Ik hikte. Kreeg waterige ogen. Hield mijn mondhoeken met moeite in de plooi. Ik probeerde mijn gedachten te verzetten. Om maar niet… Vervelend voor de mevrouw. Het duurde precies lang genoeg. Ik kon het onderdrukken tot ze uit beeld was.
Ik parkeerde mijn auto. Toen ik uitstapte zag ik een dame met ferme passen de schuifdeuren binnengaan. Een grote doos onder haar arm, tegen haar zij geklemd. Ze stond voor me. In de rij bij de postbalie. Toen ze aan de beurt was legde ze de doos hard op de toonbank. Het moest gefrankeerd worden. Maar om iets te versturen moet er natuurlijk wel een adres opstaan. Op een dikke laag plakband waren slechts nog resten van het adres en ordernummer over. Vertwijfeld en verward keek ze naar het plakband. Het adres… waar is het adres gebleven? Jawel. Op haar groene katoenen jas. Op de zijkant van haar jas stond met dikke, blauwe letters het adres en ordernummer gedrukt. Foutje. Geen watervaste stift gebruikt. En dat werkt niet zo lekker op plastic. Wel op katoen. Ze deed verwoeste pogingen om het adres te verwijderen van haar mooie jas. Helaas. Met ingehouden lach was de mevrouw van de balie behulpzaam door het adres voor te lezen van de zijkant van haar jas. Terug in de auto kon ik mijn lach niet meer inhouden. Verkeerd geadresseerd. Maar dan anders.

woensdag 27 april 2011

Tapered, fit, hawk

Rogar, Platoon S Sol, Trigger L Sol, Platoon L Copa, Fallon, Trash L Sol, Low Crotch, Radical L Sol, Engine L Rib, Coder Pant Brooklyn, Morris Cable, Arc Pant Hawk, Scuba cable, Heritage 96 format, Morris Walker, Coder Optical, Radar Base… Deze opsomming is nog niet compleet, er zijn nog meer namen.  
Er volgt nog een ‘fit’. Loose fit, Tapered fit, regular fit, straight fit. En een kleur: Crushed black, destroy, rider wash, raw, hawk denim… Even uitzoeken is er niet meer bij. Snel kiezen is lastig. En dan de namen, fits en kleuren. Als je ze allemaal bekeken hebt, dan ben je alweer kwijt welke ingenieuze naam ook alweer het mooiste was. Dan nog bedenken welke ‘fit’ het beste bij je past. Of moet ‘fit’ passen bij de conditie van je lichaam? Kleuren als lichtblauw, blauw en donkerblauw gebruiken we niet meer. Daarvoor hebben we termen die veel moderner klinken. Toen ik vanaf de bank aanhoorde wat er allemaal te krijgen was, dacht ik in eerste instantie dat hij marineschepen opsomde. Toen er ook nog termen als ‘hawk’ en ‘radar base’ of tafel vlogen was ik in de veronderstelling dat het ging over legereenheden. Maar nee. Het gaat hier over iets heel gewoons met een heel ongewone naam, een pasvorm die ‘fit’ heet en een kleur die ik nog nooit in de regenboog heb gezien. Gelukkig zag hij door de bomen het bos nog. Benieuwd wat voor spijkerbroek de postbode morgen aflevert. 

donderdag 21 april 2011

Whats in a name

Luxe benamingen. Wij hebben er in Nederland een handje van. Als je tegenwoordig het huishouden doet heet dat “interieur verzorgen”. En zo zijn er nog tal van voorbeelden. Hoorde vandaag een voor mij nieuwe luxe benaming.
Vroeger heette een tentdak met vier staanders en een paar buizen bovenin een partytent. Alsof het ding alleen maar bestemd was voor party’s. Hoe vaak zie je niet een partyloze tuin met zo tentdak boven ’t terras. Volgens mij is de voornaamste bestaansreden van ’t ding dat hij wat schaduw brengt. En eventueel is hij ook nog wel bereid om ervoor te zorgen dat je droog buiten kunt zitten als ’t regent. Vandaag de dag noemen wij een partytent geen ‘partytent’ meer. Het ding is namelijk multifunctioneel gebleken en daarbij hoort anno 2011 een luxueuze benaming: “terraspaviljoen”. Hij is gepromoveerd. Volgens architecten is een paviljoen een losstaand gebouw, ofwel een bijgebouw. Als je het zo bekijkt is mijn schuur ook een paviljoen. Staat los van m’n huis ergens achter in de tuin. Zo’n polyesterdoek gespannen over een stalen frame mag tegenwoordig dus ook gezien worden als bijgebouw? Heeft dat ook een gunstige invloed op de vraagprijs van m’n huis? Hoe meer ruimte hoe hoger de prijs toch? Of draven we nu een beetje door. Whatever… Ga m’n huis toch niet verkopen J.

maandag 11 april 2011

Twijfel niet nodig, part two

Weet je nog? Dat je niet hoefde te twijfelen? Het is een ‘hij’ geworden. Zaterdagochtend heel vroeg zag hij het levenslicht. Om vijf minuten over twee. En dat was twee uur nadat hij zich aandiende. Snel geboren. Thuis.
Hij heeft een Italiaanse naam gekregen. Omdat zijn grote zus ook een Italiaanse naam heeft. Zij heet Dante. Dat is eigenlijk een jongensnaam. Wij vonden het ook leuk voor een meisje. Haar naam komt van Dante Alighieri, een filosoof. Een nationale held in Italië. Eén van de grootste schrijvers van de Europese middeleeuwen. Op 9 april kreeg haar broertje ook een Italiaanse naam, Gian. Geïnspireerd door de welbekende Gian Lorenzo Bernini. Beeldhouwer en Architect. In Italië kennen ze geen ‘G’ zoals wij die kennen. Zij spreken Gian uit als “djan”. Wij hebben het vernederlandst naar “giejan”. Natuurlijk zal het best voorkomen dat het even stil is voor zijn naam wordt opgelezen van een lijst. Hoe spreek je het uit? Natuurlijk gebeurt het dan ook dat het verkeerd wordt uitgesproken. Maar toch heeft het ons niet weerhouden. Om onze mooie, gezonde zoon de naam Gian te geven. Alles gaat goed. Alles is goed. Voor de tweede keer kreeg onze liefde handjes en voetjes. Wij genieten van ons tweede geluk.

donderdag 7 april 2011

Leeg papier

Valt het op? Dat ik niet zo actief meer ben? Kan er niets aan doen. Ben kwijt hoe ik aan inspiratie kwam. Een leeg vel papier had ik vaak zo gevuld. Ik maakte ook iedere dag iets mee. Nu is dat anders.
Het velletje blijft leeg. Ik kan er uren naar kijken. Maak er tekeningetjes op. Maar ook die helpen niet. Sinds een week of drie zit ik thuis. Verlof. Ik geniet er van. Dag in dag uit. Lekker tijd voor mezelf. Doen wat ik al heel lang wilde doen. Mijn wereld is iets kleiner geworden. Voorheen reed ik iedere dag naar kantoor. Deed ik inspiratie op in de file. Op kantoor of heel ergens anders. Mijn wereldje nu is thuis. Ik doe de boodschappen, maar om nou elke dag een blog te maken over de supermarché wordt ook zo saai. Leest niemand. Het komt vast wel weer. Maar nu even niet. Heb even blogverlof. Weet niet hoe lang die duurt. Maar ik beloof, dat als ik een leuk onderwerp heb, ik niet zal schromen om het te plaatsen op mijn site. Want bloggen blijft leuk. Verlof of niet.

maandag 4 april 2011

Oahnbiedung

Een grote winkel. Vanmorgen. Ik rekende af. De mevrouw van de kassa zat met frisse tegenzin op haar werk. Een diepe zucht. Met moeite zei ze gedag.

Ik moest mijn uiterste best doen om de mevrouw goed te verstaan. En dat kwam niet door het volume van haar stem. Maar door haar taalgebruik. Ze praatte nogal ‘plat’. “Mogge! Wai hebbe een oahnbiedung, as u nou je meeladres hierloaht, dan ken u ven mai een heule mooie bootskeppetas kraige”. Het duurde even voor tot me doordrong wat ze mij vertelde. Ondertussen had zij de boodschappentas al tevoorschijn getoverd. Een exemplaar opvallend voorzien van logo’s van de winkel. Knalkleur, opzichtig reclamemateriaal. Bedankt voor het aanbod. Ik heb al een boodschappentas. Ik neem mijn aankopen zo mee. Zonder tas. “Nou, u mot het zelluf wetuh, faine dag nog”. U ook een fijne dag mevrouw. 

donderdag 31 maart 2011

Auto met IQ

Afgelopen dinsdag. Ik liep naar onze auto. Die stond geparkeerd op een terrein bij een winkelcentrum. Die auto hebben wij zelf gekocht. Dus we zijn er zuinig op. Hij heeft een leaseauto. Ik gebruik onze eigen auto.
Toen ik mijn boodschappen inlaadde kwam er een auto de hoek om. De auto scheurde de hoek om. Gelukkig beschikte ook dit exemplaar over vier wielen. Anders had hij zich nooit staande kunnen houden in de bocht. De auto was een intelligent type. Althans, dat beloofde de typebeschrijving op de achterkant: IQ. De mevrouw die de auto bestuurde nam de bocht iets te krap. Zo krap dat ze een stoeprandje meepikte. Vervolgens reed zij met volle snelheid een parkeervak in. De mevrouw gebruikte op dat moment niet haar IQ, de auto ook niet. De vlaggenmast werd geraakt. Door de neus van de auto. En dat terwijl de vlaggenmast nog wel veilig dacht te zijn, met de stoeprandjes eromheen. Maar nee hoor. Deze auto met IQ had geen enkele moeite met de obstakels en drukte zijn neus hard tegen de paal. De mevrouw stapte woest uit haar auto. Trapte met haar keurige hakjes tegen een voorwiel en riep verontwaardigd: “G**verd*mme, waarom remt dat ding niet op tijd”… Tja, mevrouw: misschien uw eigen verstand gebruiken en het niet overlaten aan uw auto?

maandag 28 maart 2011

Luxeprobleem

Soms denk ik “had ik het maar”. Nu heb ik het, weet ik niet wat ik er mee aan moet. Ja, heb heus nog wel een lijstje liggen met dingetjes. Maar dat hoeft allemaal niet meteen. Niet stante pede.

Moet nog wat dingetjes halen. Maar het is maandag. Winkels gaan pas rond het middaguur open. Geen optie. Dat kan later pas. Wat in huis studderen. Kan ook. Maar heb ik nog even geen zin in. Kan vanmiddag ook. Of morgen. Op de bank zitten is best even lekker. Kreeg net een enorme stapel reclamemateriaal. Normaal neem ik die niet zo uitgebreid door. Vandaag wel. Dat kan, want, ik heb ‘het’… Hoe lang het nog duurt? Geen idee. Kan niemand mij vertellen. Ik heb een luxeprobleem: alle tijd van de wereld.

zondag 27 maart 2011

Dagelijks dingetje

Het was een dagelijks dingetje geworden. Veel van die dingen worden verslavend. Bij dit ding is het anders. Oké, nu het weer zich weer van de beste kant laat zien is het misschien minder. Maar helemaal weg is het bijna nooit. Ik had altijd wel iets. Behalve in de schoolvakanties. Dan zijn ze er niet. Afkicken van dit dagelijkse dingetje was niet nodig. Hoor nog elke dag op de radio hoe het ervoor staat. Elke dag constateer ik: “als ik…, dan had ik het”. Vond het vanaf het eerste moment al prima dat ik het niet mee hoefde te maken. Vanaf 1 augustus pas weer. Oh, nee... dan is het schoolvakantie. Voor iedereen die er nog dagelijks mee te maken heeft: sterkte!

vrijdag 25 maart 2011

Beste grootgrutter,

Als zo vaak, deed ik ook vandaag mijn boodschappen bij u. Ik had niet weinig. Boodschappen voor heel het weekend. Met een kar vol boodschappen kwam ik aan bij de kassa. Ik was meteen aan de beurt.
Zoals velen zet ik mijn boodschappen ‘tactisch’ op de lopende band. Dat wil zeggen: het zwaarste vooraan, alles wat tegen een stootje kan in ’t midden, breekbaar achteraan. De mevrouw van de kassa begon direct te scannen, ik kon haar maar net bijhouden. Het feit dat ik nog aan het uitladen was en zijn al scande was niet heel handig. Ik zag mijn boodschappen aan de andere kant van de band langzaam een berg vormen. Door het geweld van de lopende band werden de breekbare artikelen moeiteloos vermengd met de zware. Zelfs de eieren werden zonder gene naar de andere kant getransporteerd. Evenals een zak chips. Die laatste twee kon ik nog net redden van een verpletterende druk van de pakken sap. Ik stortte mij meteen op het inladen van de boodschappen. Gewoon in de kar, ik had de tassen in de auto laten liggen. Dus ik kon ‘op snelheid’ alles weer inpakken. Toen ik tussendoor afrekende kwam de volgende klant. Tot mijn schrik werd zonder meedogen de grote stok van de lopende band naar de andere kant geschoven. Zodat er ruimte ontstond voor de boodschappen van de ander. Maar, waar de caissière geen rekening mee hield was wat er al op de band lag. Het door mij zorgvuldig uitgekozen schaaltje Gelderse gekookte worst werd als een vloeipapiertje dubbelgevouwen. Ik zag het dopje van het pak fruitsap bijna openspringen van de druk. En, het had niet veel gescheeld of de zak borrelnootjes was met een enorme knal opengesprongen. Misschien iets om op te nemen in uw instructies? Dat caissières klanten een beetje tijd geven om uit en in te laden? Goede suggestie al zeg ik het zelf. Tot volgende week.

woensdag 23 maart 2011

Hoppakee...staan!

Iedere keer als ik zo’n krantje voorbij zag komen, moest ik lachen. Niet om het krantje, maar om dat ding. Vroeg me iedere keer af wie nou zoiets wil hebben. Ik in ieder geval niet. Kan me toch niet voorstellen dat ik...
En sinds een paar dagen denk ik er heel anders over. Lijkt me voor de komende dagen/weken best makkelijk. Moest gisteren naar een uitleenwinkel voor klossen. Heb er nog over gedacht om te vragen of ze die ook in ’t verhuurassortiment hadden. Niet gedaan, maar ’t schoot even door mijn hoofd. Hoewel ’t ding helemaal niet staat in mijn interieur. Sterker nog, ik vind het afbreuk doen aan alles wat in mijn huis staat. Alles wat nu opvalt, valt dan in het niets. Alle ogen gericht op het ding. Ze zijn niet te koop in een voor mij aansprekend design. Maar toch… zou ik het best handig vinden om er de komende weken gebruik van te maken. Je drukt op een knopje en hoppakee… Je staat. Want omhoog komen uit onze bank ziet er in mijn geval redelijk bejaard uit. Is een tijdelijk iets. Dus geen slecht idee om voor even een “sta-op stoel” in huis te hebben.


maandag 21 maart 2011

Oude kaas

In een hoek, bij het raam. Een jonge, blonde dame. Slank. Mantelpakje. Bladerde door haar agenda. Een dampend kopje koffie op het tafeltje voor haar. Het suikerstaafje ongebruikt. Het koekje onaangeroerd.
Hij kwam binnen. Een meneer. Rugzak om. Windjack aan. Keek om zich heen. Zag haar zitten. Twijfelde. Zij zat aan een tafeltje voor vier personen. Eén van de twee tafeltjes bij het raam. Aan dat andere tafeltje bij het raam zat ik. Met een vriendin. Wij zagen de twijfel in zijn ogen. Hij keek nog een keer naar binnen. Maar hij besloot het er op te wagen. “Mag ik bij je komen zitten?” Zij schrok. Keek omhoog. Besloot dat het prima was. Ging weer verder waar ze mee bezig was. Hij zuchtte. “Heerlijk om zo bij het raam te zitten”. “Mevrouw van de bediening, doet u mij maar een kopje koffie”. “Oh, en mevrouw, als u toch naar de keuken loopt, doe dan ook maar een dikke bruine boterham met hele oude kaas”. De mevrouw knikte en liep weg. Wij kletsten door. Onverstoorbaar. Hij keek achterom. Probeerde onze blikken te vangen. Niet gelukt. Natuurlijk hadden wij hem wel door. Hij probeerde uit alle macht aandacht te krijgen. Van een dame. Meneer, niet gelukt. Misschien kwam dat wel omdat u onze vader had kunnen zijn. Van de dame bij u aan tafel, van mijn vriendin, van de mevrouw van de bediening en van mij. Volgende keer maar gewoon een tafeltje alleen? Hoe dan ook. Wij hebben heerlijk gegeten. Thee gedronken. Gezellig gekletst. Voor herhaling vatbaar.

zondag 20 maart 2011

Klaar mee, klaar voor

Ik heb er rode wangen van. Van gisteren. Maar ook wel een beetje van vandaag. Buiten zitten in het lentezonnetje. De eerste van dit jaar. Of ik moet er eentje over het hoofd gezien hebben. En de lente is nog niet eens begonnen. Al twee nachtjes voor het echt begint liet hij zich zien.
Voor mij leuk. Paar graadjes erbij. Vooral veel zon. Ik heb vanaf nu alle tijd om er van te genieten. Vrijdag was mijn laatste werkdag. Voorlopig dan. Vandaag begint het officieel. Mijn zwangerschapsverlof. Volgens de teller nog precies vier weken te gaan. Hoewel het echoapparaat er vrijdag anders over dacht. Het apparaat constateerde een lijfje van 2950 gram. Uitgerekende datum zou daarmee 5 april zijn. Twaalf dagen eerder. Dat bedenkt hij aan de hand van het gewicht en een aantal andere metingen. Maar dat schijnt vaker voor te komen. Dan is er even een groeispurt geweest. Op zich zou ik 5 april helemaal niet erg vinden. Weekje eerder ook niet. Ik ben er redelijk klaar mee, hoop dat de baby er snel klaar voor is. Van mij mag ‘t!

donderdag 17 maart 2011

De werkdag van

Ik rijd er dagelijks langs. Zie er elke dag dezelfde meneer zitten. Dezelfde auto staat iedere dag op dezelfde plaats. En iedere dag vraag ik me af hoe zijn werkdag eruit ziet. Wat doet hij de hele dag. Heeft hij collega’s met wie hij regelmatig contact heeft? Heeft hij ook een zakelijk e-mailadres? Een intranet, een manager, een doorkiesnummer?
Hij zit daar dagelijks. Achter meerdere schermen. Als het donker is een enkel lampje aan. Een bureaulampje. Werkt het bij hem net zoals bij het vliegverkeer. Zoeken ze met hem radiocontact als ze in de buurt zijn? Of als ze weten hoe laat ze arriveren? En als ze er dan zijn, wat is dan zijn taak. Gaat dat automatisch of moet hij in actie komen. Begrijp me niet verkeerd. Ik verwacht heus dat hij echt werkt. Dat hij niet uit zijn neus zit te eten. Maar toch vraag ik me af: “wat doet een brugwachter de hele dag?”. Wat zijn zijn taken en verantwoordelijkheden. Heeft hij ook een functioneringsgesprek aan het eind van het jaar? En doelstellingen voor het volgende jaar? Hoe ziet zijn dag eruit, ik zou het best graag willen weten.

dinsdag 15 maart 2011

Dia's kijken

Ik ben geweest (http://belindamantel.blogspot.com/2011/03/nooit-gedacht.html). Een uurtje voor ik deze blog plaatste stapte ik in mijn auto. Dus het is nog vers.
De vorige keer was ik best enthousiast. Heb ik ook echt wat opgestoken. Kon ik wat mee. Interactief. Interessant. Vandaag was tegenovergesteld. Ik die altijd probeert overal het beste van te maken. Overal iets positiefs in te zien. Ik kan toch niet verbloemen dat het best een beetje een aanfluiting was. Een heel vriendelijke dame die sheets voorleest. Zonder iets toe te voegen. Stond steeds op dezelfde plek. Bewoog niet tot amper. Cursusje presentatietechnieken nodig. Volgens mij is het namelijk de kunst om een verhaal te maken om de sheets heen. Wat daarop staat kan iedereen wel lezen. Het leek een beetje op een ouderwets avondje dia’s kijken. Een zaal gevuld met mensen. Niemand zegt iets. En als iemand iets zegt dan is het kort. Geen discussies. Weinig interactie. De presentator drukt op ’t knopje, volgende dia. Iedereen bekijkt het beeld en vervolgens zappen we gezamenlijk verder. Na de laatste dia zeggen we dat het een mooie diavoorstelling was. We applaudisseren en dat was ‘t. Toch was het wel een heel gezellige avond. Zat vooraan met twee gezellige meiden van mijn leeftijd. We hebben als kleine meisjes gegiecheld om het tafereeltje dat zich afspeelde vanavond. Gelachen ook om anekdotes in de pauze. Dus volgende keer ga ik weer. Wordt het vast weer gezellig.

maandag 14 maart 2011

Dubbeltje wordt tientje

Hoe je een tientje uit een dubbeltje haalt? Ik heb het vandaag gezien. Hoe het werkt, geen idee. Het is in ieder geval een wonderlijke gave.
Wij willen ‘iets’ met het geboortekaartje. Wat ‘iets’ in dit geval is, dat vertellen we nog even niet. Al lange tijd over nagedacht. Hoe we het gingen invullen. Iets standaards krijgt een no-go. Anders dan anders is de wens. We kwamen er niet uit. Hulp ingeroepen. Van iemand heel creatief. Iemand waar je een dubbeltje ingooit en waar je vervolgens voor een tientje uithaalt. Een paar woorden is genoeg voor een stroom aan ideeën. Vanavond een eerste opzet met de mededeling ‘kijk maar of het wat is, kan altijd nog even verder denken’. Maar lieve collega, dat is niet nodig. We vinden jouw idee hartstikke leuk. Precies zoals gewenst. Heel erg bedankt. We nemen het over. Drie woorden aangepast. Verder één op één.
Disclaimer: als iemand deze blog leest en graag wil weten wie deze collega is, dan vertel ik dat alleen als jij geen intenties hebt om mijn collega een baan aan te bieden bij een ander bedrijf. Waar dan ook, hoe fantastisch ook. Geen kans dat ik je dan informatie geef.  Maak ik mezelf, mijn andere collega’s en m’n baas niet blij mee. Smeekbedes en grote geldbedragen hebben geen zin.

zondag 13 maart 2011

Weekendgewoonte

Kerstweekend 2010 was de eerste keer. Op zaterdag en zondag. Sindsdien doe ik het ieder weekend. Het is een gewoonte geworden. Drie keer per dag. ’s Ochtends, rond het middaguur en einde middag.
Heel simpel. Computer opstarten of internet op mijn mobiel. Naar een bekende zoekmachine gaan, beginnend met een G. Bedrijfsnaam als zoekwoord opgeven, zoeken op recente vermeldingen. Dan naar mijn hotmailadres, kijken of diezelfde zoekmachine nog berichten in mijn inbox heeft gestopt. Heb ik ingesteld. Als laatste nog twee veelgebruikte fora bezoeken en checken op de bedrijfsnaam. Lijkt veel werk. In werkelijkheid is het vijf á tien minuten per keer. Tenzij… we genoemd worden waar we dat niet willen. Dan kom ik in actie. In al die weken is dat één keer gebeurd. Eén keer op zondagochtend. Dus dat valt hartstikke mee. Vandaag was de laatste keer. Voor het checken van de social media in het weekend is mijn verlof al begonnen. Vanaf volgend weekend doet iemand anders het. En als ik weer aan het werk ga, dan is het hoogstwaarschijnlijk uitbesteed. Vanaf komende zaterdag ga ik afkicken van mijn weekendgewoonte. Ik verwacht niet dat ik daar heel lang voor nodig heb.

zaterdag 12 maart 2011

Hoge dosis

Ze kon niets binnenhouden. Zelfs water en droge crackers niet. Drie keer het bad laten vollopen om haar te wassen na... ik bespaar je de details. Mijn lieve kleine meisje heeft 't te pakken. Hoop dat het snel weer over is. Slaap is het beste medicijn en daar neemt ze nu een hoge dosis van.

vrijdag 11 maart 2011

informatie overload

Ik ben toch wel een beetje onder de indruk. Dertig-plussers hebben er meer kans op. Ik ben dertig, maar over een paar maanden krijg ik ook de plus erachter. Ik ben dus doelgroep. En dat ben ik nog meer omdat ik meedoe.
Ik heb een hyvespagina. Ik twitter op z’n tijd. Ik lees op internet het laatste nieuws. Ik maak gebruik van e-mail. En omdat ik dat allemaal doe ben ik gevoelig voor een “social media burnout”. Is dit serieus mogelijk. Dat ik door informatie overload ga burnouten? Omdat ik het allemaal niet meer bij kan houden? Modeziekte? Komt er dan ook een nieuwe specialisatie voor psychologen. Dat er straks psychologiepraktijken bestaan gericht op “social media burnouters”? Het lijkt me zo gek klinken. Ik heb een burnout door te veel digitale informatie… Maar goed, we moeten ermee leren omgaan. Voel je ’t aankomen? Ik wil het liever niet krijgen, iemand preventietips? Enige tips die ik nu kan bedenken: gooi je computer uit het raam en zeg je abonnement bij je internetprovider op. Zou dat genoeg zijn? Hoop snel meer informatie te vinden, want over iets meer dan drie maanden heb ik de plus achter mijn leeftijd.

donderdag 10 maart 2011

Nooit gedacht

Nooit gedacht dat ik er ooit aan zou beginnen. Altijd gedacht dat ik daar nooit mijn gezicht zou laten zien. Maar, ben vorig jaar toch een keertje overstag gegaan. De heenweg had ik toch last van spanning. Bang dat ik de enige zou zijn. Zit je dan…
Maar het viel mee. Sterker nog, ik vond het vrij nuttig. Ik heb mijn oren goed gespitst en benodigde informatie opgeslagen. Op zich zijn dit soort dingen ook beschreven in allerhande boekjes. Maar daar waag ik me écht nooit aan. Beloofd. Dat is van die literatuur waarvan ik al bij de gedachte in slaap val. Zo’n boek waarvan je de eerste bladzijde niet doorkomt. Maar je blijft toch proberen. Na het eerste hoofdstuk besluit je de handdoek in de ring te gooien. Het boek verdwijnt in een kast en komt er nooit meer uit. Vandaag weer zo’n uitnodiging. Voor zo’n avond waarvan ik dacht er nooit heen te gaan. Heb toch het aanmeldformuliertje weer ingevuld. Ga er toch weer heen. Hopelijk is het net zo nuttig als de vorige keer. Op zich ben ik al positief ingesteld, maar ben toch benieuwd. Morgen even de aanmelding inleveren bij de leidsters van de crèche: Belinda Mantel komt naar de informatieavond over Positief Opvoeden op 15 maart.

woensdag 9 maart 2011

Kruisje gescoord

Ze heeft bewezen te voldoen aan wat de boekjes van haar verwachten. De lengtelijn is weer doorgetrokken, past binnen de gemiddelden. Hetzelfde geldt voor de gewichtslijn. Volgens de boekjes is vijf blokjes stapelen meer dan genoeg. Tien gered, meer blokjes waren er niet. Niet nodig, wel gelukt: alle kleuren van de blokjes noemen. Nul fout.
Ja, ze kan ook zinnen vormen. Hoeveel woorden… Ehm… tja, het is nou niet dat ik daar enorm op let. Vanmorgen toen ik door een tijdschrift bladerde zei ze: “mag Dante ook een boekje lezen”. Zinnetje van zes woorden, check. Volgens de richtlijnen hadden we ook met minder kunnen volstaan. Spontaan begon ze te tellen, tot twintig, verder kan ze nog niet. Toen ze ook nog op een poster de getallen van een telefoonnummer aanwees en die juist benoemde had ze bewezen prima op orde te zijn qua fijne motoriek. Toen moest ze nog een potje voetballen met mij. Heel lenig is ze niet. Met het rechterbeen scoort ze makkelijk, met links raakt ze de bal niet eens. Maar dat had volgens het boekje wel gemoeten. Stoeprandjes komt ze niet op zonder daarvoor handen en voeten te gebruiken of hulp te vragen… Maar de richtlijnen zeggen wat anders. Een krappe voldoende voor bewegen. Ach… het maakt ons allemaal niet zoveel uit. Uiteindelijk komt het goed. In veel landen hebben ze nog nooit gehoord van een consultatiebureau. Laat staan van gemiddelden en richtlijnen waar je aan moet voldoen als je opgroeit. In ieder geval hebben wij weer aan de Nederlandse verplichting voldaan. We hebben weer een “zijn-geweest-en-alles-gaat-goed-kruisje” gescoord. Het volgende bezoek is in 2012.

dinsdag 8 maart 2011

Intelligente goudvis

Tijdens een vergadering vanmorgen bedacht ik iets voor de rondvraag. Half uur later waren we bij dat agendapunt. Wist ik niet meer wat ik bedacht had. Graven in mijn geheugen leek niet te lukken. Oké, volgende keer meteen opschrijven.
Terug bij m’n werkplek. Ik zou een overzichtje maken. Maar van wat ook alweer? Kon ik weer de geheugengraafmachine opstarten. Niet meer opgekomen. Even koffie halen dan. Bestellingen van de collega’s opgenomen. Niet opgeschreven, want ik onthoud dat soort dingen altijd. Ik moest even wachten bij de koffieautomaat. In de tussentijd even naar het toilet geweest en een printje gemaakt. Toen weer terug naar de afdeling. Zegt een collega “jij zou toch koffie halen?”. Oh ja… vergeten. Gelukkig wist ik nog wel ieders bestelling. Alles uitgeserveerd… Wat denk je? Was ik mezelf vergeten… Kon ik weer terug. Zal wel een zwangerschapssymptoom zijn, een kortetermijngeheugen dat werkt als een zeef. Ik noem het zelf een ‘goudvisgeheugen’. Dat kan ik wel onthouden. Toch?!  

maandag 7 maart 2011

Wat in te halen

Vanmorgen moe opgestaan. Prima geslapen. Toch leken die uurtjes slaap slechts minuten. Kopje koffie deed wonderen. Nu ben ik weer op het niveau van vanmorgen toen mijn wekker ging. Heerlijk gewerkt. Maar weinig rust genomen. Kwam er niet van. Tijd tekort. Ga nu inhalen. Dus…


zondag 6 maart 2011

Dranghekken en slaapzakken

Spetterende aanbieding! Grandioze korting! Een actie die zijn weerga niet kent. Vanaf morgen verkrijgbaar. Een topaanbieding die binnen een uur uitverkocht is. Alleen weggelegd voor vroege vogels.
De mensen van deze winkel hebben vandaag een extra dag gewerkt. Om alle vrachtwagens met de topaanbieding uit te laden. Om het allemaal op te stapelen in het magazijn. Die zal inmiddels wel tot het plafond gevuld zijn. Ondertussen zijn er dranghekken geplaatst. Tegen het einde van de middag arriveerden de eerste mensen met slaapzakken. De eerste ligt tegen de deur aangedrukt. Om er maar zeker van te zijn dat hij er eentje kan kopen. De parkeerplaats vult zich langzamerhand met nog meer gretige koopjesjagers. Niemand wil deze aanbieding missen. Het belooft een koude nacht te worden. Voorspelling: vorst. Maar dat maakt niet uit. De gedachte aan deze actie houdt je warm. Misschien goed om nu al een strategie te bedenken. Hoe je je morgenochtend bij de opening staande houdt tussen de mensenmassa. Je kunt ook alvast je route bepalen. Het is een idee om bij de ingang van het magazijn te gaan staan, als er dan een nieuwe voorraad naar buiten wordt gereden ben je er als eerste bij. Let op: MAXIMAAL 1 PER KLANT!


zaterdag 5 maart 2011

Gepekeld

Van die dingen… Dacht dat het altijd alleen gebeurde als er een grapje werd uitgehaald. Maar dat hoeft dus niet. Kan ook gebeuren zonder dat je ’t wilt. Zonder dat iemand het dopje heeft losgedraaid.
Ik zou willen dat ik het met een korreltje zout kon nemen. Maar het was wel een beetje vervelend. Niet dat ik op elke slak zout leg. Maar als ik gewoon ongezouten vertel wat ik vind: dan baalde ik enorm dat het dopje van het potje viel. Wilde slechts een klein beetje toevoegen. Niet de hele inhoud… Gelukkig hadden we grote schnitzels en een voordeelzak spinazie. Konden de gepekelde aardappelen de prullenbak in.

vrijdag 4 maart 2011

Noorderzon

Najaar 2005. Wij pakten onze koffers voor een reis naar Thailand. Klaar voor vertrek. Sleutels mee, we moeten tenslotte ook weer een keer ons huis in. Sleutelbos uitgedund, de autosleutel bleef thuis. Weggelegd.
Bij thuiskomst constateerden wij dat de autosleutel té goed opgeborgen was. Héél goed. Onvindbaar goed. We hebben een nieuwe sleutel laten maken. In 2007 verhuisd. Alles ingepakt. Sleutel niet gevonden. Laatst hadden we het erover dat we die sleutel nooit meer terug hebben gezien. Vertrokken met de Noorderzon. De auto waar de sleutel op past hebben wij allang niet meer. Paar dagen geleden: ingeving. We hadden die autosleutel in een la gelegd. Dat kastje hebben wij nog steeds. Staat op zolder. Misschien is de sleutel wel achter de la gevallen. Ligt hij al jaren op de bodem van het kastje. Hij heeft gekeken, afgelopen week. Toen ik thuiskwam lag de bewuste sleutel op tafel. Hij was dus niet vertrokken. Hij had geen pootjes gekregen. Hij was donker gewend, dus we hebben hem een nieuwe donkere plek gegeven. Een zwarte vuilniszak.

donderdag 3 maart 2011

Een gewone verkeerd

Er is een nieuw soort verzekering, geïntroduceerd door een verzekeringsmaatschappij: de doorlopende fietsverzekering. Goed lezen: doorlopende fietsverzekering. Komt op mij een beetje over als een maandagochtendmodelletje met bandenpech.  Zo’n fiets waarbij geen kaarten tussen de spaken nodig zijn om een krakend geluid te veroorzaken. Wel een leuke woordspeling van de verzekeraar, in een productnaam zowel ‘lopen’ als ‘fietsen’ opnemen. Wat is het volgende: een doorfietsende loopverzekering? Een doorrijdende autoverzekering? Wat een innovatie weer. Zullen de kranten vol mee staan.
Nog zo’n leuke tegenstelling, maar dan van heel andere orde: ik was laatst uit eten. Met een aantal collega’s. Was heel gezellig. Iedereen nam nog een kopje koffie of thee toe. Eén collega wilde graag een koffie verkeerd. Een andere collega wilde hetzelfde, maar dan decafé. De dame die ons de koffie en thee kwam brengen riep om wat ze op haar blaadje had staan: een decafé verkeerd, een thee, nog een thee, irish coffee en een gewone verkeerd. Een ‘gewone verkeerd’. Tja… hoe gewoon kan verkeerd zijn? En hoe verkeerd is gewoon? We hebben genoten van het eten en de koffie/thee mevrouw. Dank u voor de goede service.

woensdag 2 maart 2011

Stoppen of doorgaan

De honderd gepasseerd. Honderd dagen achter elkaar een blog geschreven en geplaatst. Honderd keer bedacht waar ik nu weer inspiratie vandaan ging halen. Honderd verhaaltjes. Allemaal anders. Allemaal uniek. Allemaal van eigen hand en uit eigen hoofd.
En nu? Stoppen?  Doorgaan? Dagelijks iets verzinnen om een blogje over te schrijven maakt me creatief. Het geeft me een andere kijk op dingen. Zelfs de kleinste en meest onnozele dingen kunnen uitgroeien tot een blog. Dagelijks vele lezers. Vaste lezers ook. Steeds weer leuke reacties. Dat motiveert. Hoe meer, hoe beter. Dus zeg ‘t voort. Tot nu toe, dag in dag uit, een blog geschreven. Dat verandert. Ik blijf bloggen. Het is verslavend. Het is leuk. Maar niet meer elke dag. Tenminste, ik leg mezelf niet meer op om elke dag een blog te schrijven. Dus misschien af en toe een dagje niet. Blogvrij. En straks, als er geboortenieuws is, dan neem ik misschien een paar daagjes meer blogvrij. Zie wel hoe ’t loopt. En alle vaste lezers die nog geen volger zijn op mijn site http://www.belindamantel.blogspot.com, ik zou ’t leuk vinden om te weten wie je bent, dus meld je aan als volger. Kan met een twitteraccount of een google-account. Heel eenvoudig. En, heb jij een onderwerp voor mijn blog? Ik hoor ’t graag!

maandag 28 februari 2011

Flapuit

The heat of the moment. Me and my big mouth. Ik flapte het eruit voor ik er zelf erg in had. Geheel terecht vond ik. Maar toch niet slim. Niet tegen hem. Het had duur af kunnen lopen.
Stond bij een kruispunt, vooraan bij het stoplicht. Er was een aanrijding geweest. Hulpdiensten waren ter plaatse. Ik moest eigenlijk linksaf, maar daar was ’t gebeurd. Toen ik daar achter de witte lijn, voor het rode licht stond te wachten kwam hij naar mijn auto gelopen. Ik deed mijn radio uit en het raam naar beneden. Hij schreeuwde tegen mij “wachten jij!  Pas rijden als ik het zeg! ”. Nee, hij zei dat niet op aardige toon, hij bracht het op onaardige wijze en luidkeels uit. Schreeuwend. Mijn antwoord was er uit voor ik er erg in had: “Is goed!”. Ik vertelde hem dat op een zelfde onaardige luide toon. Ik schreeuwde mijn antwoord… Oeps… ik de flapuit. Niet nagedacht… Weer op strenge toon, maar minder luid “Gaan we bijdehand doen mevrouwtje?”. Op vriendelijke toon antwoordde ik hem “nee hoor meneer, maar als u naar mij schreeuwt zonder reden, dan doe ik dat terug”. Hij wilde iets zeggen, slikte het in en zei op vriendelijke toon “u mag doorrijden, rechtdoor graag, linksaf mag nu niet”. “Dank u wel meneer”. Sorry zeggen ging hem iets te ver blijkbaar, maar zijn gezicht sprak boekdelen. Geeft niet hoor meneer, volgende keer even nadenken voor u gaat schreeuwen. Oh, en nog een tip: ‘mevrouwtje’ klinkt een beetje neerbuigend. Ander woord voor kiezen.

zondag 27 februari 2011

Beste overbuurman,

De achterkant van uw huis staat pal aan de gracht, die is een meter of zes breed (meer of minder breed kan ook, ik kan slecht schatten). Aan de overkant van de gracht loopt een stoep, een fietspad en nog een stoep. Dan komt mijn voortuintje.
Ik zat aan mijn eetkamertafel, vanwaar ik zicht heb op de gracht en uw huis. Het was rond één uur vanmiddag. Ik zat te wachten tot mijn oven klaar was en de broodjes warm. Ik vulde de minuten met doelloos naar buiten staren. Ik keek hoe de eenden zich voortbewogen in het water. Hoe zij probeerden de harde wind te trotseren. En opeens verscheen u voor uw raam. En, ik moet eerlijk bekennen: ik schrok van u. U leek vanuit het niets te verschijnen. U stond daar ineens. Uw navel nog net niet tegen het raam van uw schuifpui gedrukt. U veegde de slaap uit uw ogen. Rekte uit, gaapte en draaide weer om. Beste overbuurman, u mag doen in uw huis wat u wilt. Maar… bijna naakt naar buiten kijken, alleen gehuld in een onderbroek en witte sportsokken… Niet doen. Geen goed idee. Schrikken mensen van. Dus, óf alleen gekleed voor het raam verschijnen, óf eerst even naar de sportschool spieren kweken, een heleboel kilo’s afvallen en een beetje bruinen in de zon. Maar zoals vanmiddag… nee!

Met vriendelijke groet,

Uw overbuurvrouw

zaterdag 26 februari 2011

Knippen en verbazen

Sinds vanmorgen kan ik er weer even tegenaan. Qua haar. Knippen en verven was de opdracht aan de kapster. Ik was de eerste klant, ik was tien minuten binnen toen een gezin binnenkwam. Vader, moeder en drie zoons.
Ik zat op de verfstoel. Mijn haar werd ingesmeerd met een bruine drab. Verf. Het gezin had de jassen opgehangen. Vader op een knipstoel. Oudste zoon ook. De andere twee zoons gingen aan tafel zitten. Met hun ipads. Blieb blieb blieb blieb. Geluiden van computerspelletjes uit de hoek. Ik bekeek het tafereeltje. Ze gingen volledig op in hun spelletje. Behendig bestuurden zijn hun platte computers. De kapster was nieuwsgierig naar de leeftijd van de kleine mannen. De moeder antwoordde: bijna 6, net 4 en de jongste was 2,5… Jawel, ook het kleine jongetje van 2,5 was een bedreven gebruiker van de nieuwste computer. Speelde een ‘kleinejongensspelletje’ met autootjes. Zo klein en al zo handig met computers en druk met racespelletjes. Het leek hem ook serieus te irriteren als zijn auto van de baan vloog. Een blij ‘hoera’ als hij het level had uitgespeeld. De tweede generatie Bill Gates-jes. Ik heb ze gezien vandaag. Als ze beroemd worden kan ik zeggen dat ze dezelfde kapper hadden toen ze nog klein waren.

vrijdag 25 februari 2011

Hilarisch huppelen

Goed dat het bestaat. Maar als ik echt zou doen wat het programma mij voorstelt te doen, dan geeft dat hilarische taferelen. Dus, ik hou het klein. Doe een beetje wat hij zegt. Maar toch niet helemaal.
Hoewel het helpt bij het voorkomen van klachten, klik ik het wel eens weg. Gevolg: een steeds roder wordend gezichtje in de onderste balk helemaal rechts. Hoe vaker je hem afwijst, hoe roder hij wordt. Het is dat we geen geluid op onze werkcomputer hebben, maar anders had hij zeker van zich laten horen. De stoom komt nog net niet uit z’n oren als hij vindt dat hij te weinig aandacht heeft gekregen. Maar als ik dan weer zo’n schermpje krijgt en ik bekijk wat ik moet doen… zie je me al gaan? Spreid, sluit, spreid, sluit, spreid, sluit. Zwaaien met je armen alsof je borstcrawl doet, maar dan op het droge. Rollen met je hoofd, vijftien keer naar links, vijftien keer naar rechts. Vijftig meter huppelen. Vijf keer je knieën aanraken met je neus. Maar toch is het best goed om af en toe computerpauze te nemen en je te bewegen. Daar is zo’n anti-RSI-programma hartstikke goed voor. In de tijd dat ik eigenlijk hilarische oefeningen moet doen haal ik koffie. Voor mezelf en voor m’n collega’s. Da’s toch ook bewegen?

donderdag 24 februari 2011

Opgeladen

Ik check iedere avond hoe het ervoor staat. De ene keer leidt dat tot actie. De andere keer niet. Gisteren heb ik niet gekeken. Vandaag heb ik daarvan de gevolgen ondervonden. Nee, is heus geen drama. Maar vind ’t altijd een prettig gevoel om hem bij me te hebben als hij het doet.
Halverwege de dag constateerde ik dat zijn kaarsje bijna opgebrand was. Dus om nog zoveel mogelijk te sparen niet te vaak gekeken op het schermpje. Ik heb hem de hele middag gespaard. Zo min mogelijk belast. Want op de terugreis zou het best handig zijn als hij deed wat hij moest doen. Als er dan iets voorvalt, dan kan je in ieder geval contact leggen met thuis. Vanaf nu heb ik altijd de lader van mijn mobiele telefoon in mijn tas. Voor het geval dat. Kan ik in ieder geval altijd naar huis met het gevoel dat hij te gebruiken is.

woensdag 23 februari 2011

Uiterlijke afwijking

Als je er eentje koopt, dan kijk je in de eerste plaats naar wat hij allemaal kan. Uiterlijk komt pas op de tweede plaats. Zo ook zijn afmetingen in opgevouwen toestand.
Wij hebben hem nu al een jaar of vier. We zijn er erg blij mee. Hoewel zijn uiterlijk toch niet helemaal is wat ik ervan verwachtte. Hij heeft een uiterlijke afwijking waar je geen rekening mee houdt bij de aanschaf. Die je niet ziet op de plaatjes. Je kunt er niets aan doen. Het is niet op te lossen met een doekje terpentine. Dan wordt het er alleen maar lelijker op. Het gaat er wel van weg, maar de vlek die het achterlaat springt nog veel meer in ’t oog. Opbellen naar de leverancier en smeken of ze het er niet op willen plakken heeft weinig zin. Ze worden met massa’s gefabriceerd en ingepakt. Jammer toch, dat laptops altijd beplakt worden met van die lelijke stickers van allerlei ongetwijfeld interessante programma’s en functionaliteiten.  

dinsdag 22 februari 2011

Valse kanarie

De onze was oud. Een jaar of vijf. En dan heeft hij het heel lang volgehouden. Boven onze verwachting. Simpel dingetje. Kostte niet veel. B-merk.
Hij hoeft niet veel te kunnen. Stekker in ’t stopcontact. Vullen tot zover nodig. Knopje omzetten en aan de slag. Dat was zijn takenpakket. Niet meer, niet minder. Hij was niet stuk. Toch hebben we een nieuwe gekocht. Een hypermoderne. Deze kan namelijk hetzelfde als de oude variant maar dan heeft hij ook nog verschillende standen. 40, 60, 80 en 100. De hoogste stand is standaard wat de oude deed. Standje 40 schijnt handig te zijn voor het bereiden van babyvoeding. Dus, al een paar weken zetten wij ons theewater in een gloednieuwe waterkoker. Bekend A-merk. Hij raakt snel aan de kook. En als hij het water heeft opgewarmd tot de ingestelde temperatuur dan laat hij ons dat weten. Met een gezellige pieptoon. We drinken niet enorm veel thee. Hij hoeft slechts één keer per dag zijn dienst te bewijzen. Dat doet hij nog steeds keurig. Hoewel hij ook wat schor aan het worden is. De gezellige, fleurige pieptoon is weg. Zijn ‘het-water-is-op-temperatuur-toontje’ is vergelijkbaar met het geluid van een kanarie die valse noten uitkraamt. Zo’n vogel waar je het liefst de hele dag een handdoek over de kooi laat om te voorkomen dat hij zijn stembanden gaat testen. Zo’n geluid waarvan je kippenvel krijgt. Krassende nagels over een schoolbord. Het piepende geluid van iemand die een ballon knoopt. Volgende keer weer gewoon voor een B-merk. Zonder geluid graag.

maandag 21 februari 2011

Na Sesamstraat

Het duurt vast niet lang meer. Voor m’n hoofd uit elkaar ploft. Ik ben niet van het type ‘de-krant-zegt-dat-het-eraan-komt-en-ik-heb-het-als-eerste’. Vroeger is mij aangeleerd: niet zeuren, aspirine nemen en naar school. Dat idee heb ik nu nog steeds. Alleen ga ik niet meer naar school.
Ik voelde het al aankomen. Vannacht niet zo goed geslapen. Woelen. Warm, koud. Raam open. Toch maar weer dicht. Nog een slokje water. Linkerzij. Rechterzij. De wekker tikte onverstoorbaar door. Hield geen rekening met het feit dat ik wakker was. Dacht niet: owh, ik stop de tijd eventjes, dan komt ze nog aan d’r acht uur slaap. En vanmorgen om half zeven ook geen schrijntje medelijden. Hij deed gewoon alsof zijn neus bloedde en zette een vrolijk vogelgeluidje op. Ik geloof dat ik het een beetje te pakken heb. Heb vandaag gewoon gewerkt. Denk niet dat iemand het heeft gemerkt. Dat ik een beetje grieperig ben. En ook voor morgen geldt: niet zeuren, gewoon naar je werk. Tenzij het echt niet meer gaat. Maar dat lijkt me onmogelijk. Ga maar heel vroeg naar bed vandaag. Na Sesamstraat. Of is dat al af? Oké, nu dan. Goodnight. En morgen weer griepvrij en uitgerust op. Goede doelstelling al zeg ik ’t zelf.

zondag 20 februari 2011

Tijdmachine gezocht

Heb gisteren post gekregen. Geen gewone post, maar ‘oeps-post’. Heb het vaak in de gaten. Dan ben ik er op tijd bij. Dan weet ik zeker dat ik dit soort post niet krijg. Maar nu heb ik toch iets over het hoofd gezien.
Kan de post wel terugsturen. Retour afzender. Wordt het alleen niet beter van. Opbergen in een map ongewenste post of verwijderde items zet ook geen zoden aan de dijk. Zal toch echt de consequenties moeten aanvaarden. Eigen schuld. Terugdraaien kan niet meer. Tenzij iemand vandaag nog een tijdmachine uitvindt die terug kan gaan naar maandagochtend 7 februari rond 09.00 uur. Dan kan ik het overdoen, maar dan wél goed opletten. Iemand? Nee? Was ik al bang voor. Oké. Dan zit er niets anders op dan te erkennen dat ik fout zat. Toegeven dat ik ietsje te hard ging. 93 waar je 80 mocht. Gecorrigeerd 10 kilometer te hard. Inclusief 6 euro administratiekosten moet ik 57 euro overmaken. Meneer de agent, als ik nou beloof dat ik noooooooooit meer te hard rijd. Kunnen we deze rekening dan vergeten? Nee? Was ik al bang voor. Oké.

zaterdag 19 februari 2011

Moddermarinade

Het was alweer een tijd geleden. Acht weken om precies te zijn. Dus het werd weer tijd. Ik word er niet echt knapper van. Sterker nog: de dag dat ik geweest ben zie ik er niet uit. Blijf ik het liefste binnen. En als ik dan toch in het openbaar verschijn heb ik het idee dat iedereen me aankijkt alsof ik er gek uitzie.
In de praktijk valt het reuze mee. Maar gevoelsmatig ligt dat nou eenmaal zo. Rode vlekjes die ik normaal niet heb. Want er komen altijd naaldjes aan te pas. Duurt nooit zo heel lang, maar echt ernaar uitkijken doe ik ook niet. Vanmorgen ben ik weer geschuurd. Waarna ik werd bedolven onder een laag modder. Een rustgevend muziekje op de achtergrond en twintig minuten marineren. Maar ik heb er weer van genoten. De volgende afspraak moet ik nog maken. Doe ik na half april. Dan ben ik vast weer toe aan een opknapbeurt bij de schoonheidsspecialist.

vrijdag 18 februari 2011

Beetje vreemd

Iedereen heeft vast wel eens een moment dat hij bedenkt ‘hoe zou het zijn als ik een … was’. En op de puntjes kan dan van alles staan. Van zeeppompje tot tafelpoot. Van afstandsbediening tot ruitenwisser. Ik had vandaag zo’n moment.
Ik had er eentje vast. Bekeek hem aandachtig. Bedacht me hoe zijn leven eigenlijk verlopen is. Hij begint hoog in de boom. Brengt daar een korte jeugd door. Als hij volwassen wordt verlaat hij zijn warme, zonnige haven. Hij verruilt hem voor een donkere en koele woonplaats. Wordt vervolgens in de spotlights gepresenteerd tussen soortgenoten en verre familieleden. Eerst bedolven onder de ouderen. Als hij dan uiteindelijk de oudste is, ligt hij bovenaan. Hij mag dan eventjes genieten van het uitzicht op ingeblikte collega's. Even later wordt hij meegenomen, ingepakt in een donkere tas. Uitgeladen op een schaal waar hij weer een paar oude bekenden treft. Vervolgens wordt hij door mij bruut ontdaan van zijn beschermlaag en verpulverd in de sapcentrifuge. Dit geeft toch een heel andere kijk op zijn wereld... Nee, ik ben niet doorgedraaid. Ik had gewoon even geen inspiratie. En om dat te krijgen ga ik me dingen afvragen.  Iets ongewoons. Iets geks, iets vreemds, iets wat je anders nooit zou bedenken. En mijn bron van inspiratie was vandaag een sinaasappel. Ik vroeg me af hoe zijn leven verlopen is. Een beetje vreemd (om daarover na te denken), maar wel lekker (een vers sapje).   

donderdag 17 februari 2011

Nog 12...

Na vandaag nog twaalf te gaan. Een dozijn. Twaalf. Het atoomnummer van magnesium. Een Wikiweetje: twaalf is het getal van de perfectie. Want:
-          Er zijn twaalf maanden
-          Er zijn twaalf apostelen
-          Er zijn twaalf uren per half etmaal
Maar ook: Drie en vier zijn volgens de christelijke leer heilige getallen. Daarom is het product hiervan (net als de som: zeven) extra heilig en dus perfect.
Nog twaalf te gaan en dan viert mijn blog haar honderdste tekstje. Tijd om te stoppen? Ga ik het anders doen voortaan? Of gewoon op de ‘oude voet’ verder? Wie een idee heeft mag ’t zeggen. Wat mijn idee is hoor je nog.

woensdag 16 februari 2011

Koekoek

Het eindresultaat zie ik al voor me. Heb alle materialen in huis. Gereedschappen liggen klaar. Heb een korte handleiding gelezen op internet, die geeft niet op al mijn vragen antwoord. En nu? Geen idee. Gewoon maar even proberen is een mogelijkheid, maar zonde van de materialen. Zucht… Op z’n tijd ben ik best creatief. Veel kan ik maken, maar nu dus even niet. Maar toch wil ik die koekoeksklok decoreren. Voor op de meisjeskamer. Heb er twee, dus kan aan de slag. Stofjes uitgezocht, speciale lijm. Het is heus geen echte, het is een nepper. Van MDF. Maak er een spiegeltje op en kapstokhaakjes. Misschien kan het internet me uitleggen hoe ik het hartje in ’t midden uit de stof moet krijgen. Knippen wordt vast niet mooi. Insmeren met lijm, laten drogen en dan uitsnijden? Is een optie. Hoop dat ik snel kan zeggen ‘koekoek gevonden’!

dinsdag 15 februari 2011

Half uur schoon

Ken je dat meisje? Dat altijd vuil was? Als ze in bad was geweest bleef ze maximaal een half uur schoon. En op een dag kwam er visite. Ze was in bad geweest, kreeg schone kleertjes aan. Haar moeder sloot haar op in haar slaapkamertje, want dan was de kans het grootst dat ze schoon bleef. Maar nee hoor. Ze klom uit het raam via de ladder van de schilder. Maar de schilder had haar niet gezien. Hij liet van schrik zijn pot verf over haar heen vallen. En binnen een half uur was zij niet schoon meer.

Dit is niet op waarheid gebaseerd. Tenminste… niet in mijn kennissenkring. Moet toegeven dat mijn dochter het soms ook presteert om bij het ontbijt de appelstroop van haar boterham op haar shirt te smeren. Of dat de beker met karnemelk in gedachten al aan d’r mond hangt, maar in werkelijkheid giet de witte vloeistof over de pasgewassen broek. Dan blijkt zelfs een slab niet te helpen. Al doende leert men. En laten we eerlijk zijn: je ziet nog best wel eens volwassenen bij wie dit ook gebeurt. Mannen die een stropdas dragen en al na één kopje koffie moeten constateren dat de stropdas heeft meegedronken. Mevrouwen die aan de witte blouse te zien een boterham met chocoladehagel naar binnen hebben gewerkt. Maar zo extreem als bij Floddertje, dat zie je niet vaak. Daarom lachen wij ook hartelijk om haar verhaaltjes. Vandaag het boek gekregen. Wat zijn we er blij mee. Bedankt lieve collega! 

maandag 14 februari 2011

Breigaren

Brei jij de eigen truien? En ‘verras’ je daar ook anderen mee? Die semi-blij de trui in ontvangst neemt om hem dan zonder jou daarover in te lichten heel diep weg te stoppen in een kast. Zo’n kast waar hij nooit meer uitkomt? Heb wel eens iemand gehoord (ik noem geen namen) die zo’n trui iedere keer als de knappe maakster op visite kwam aan de waslijn hing. Om maar net te doen alsof de trui heel veel gedragen werd. Nou, ben jij nou zo’n maakster. Voel jij je één met het breigaren, zelfs zo erg dat je zelf breigaren geworden bent? Dan krijg je deze week 25% korting. En om het nog iets duidelijker te maken: de halfnaakte meneer met die gephotoshopte spierballen in dat strakke broekje is geen prototype breigaren.


zondag 13 februari 2011

Baas Klus

Ik lees niet veel. Maar áls ik dan lees. Dan lees ik het boek maar één keer. Dan is de lol of de spanning eraf. Het verdwijnt in een kast. Zo ook met films. Eén keer kijken is genoeg. Dan hoeft het niet meer. Tenzij er meer dan vijf jaar tussenzit en ik niet meer weet waar ’t over ging.
Ik verbaas me er dan ook iedere keer weer over, dat zij dag in dag uit geobsedeerd is door hetzelfde filmpje van Pieter Post. Als ze aan het einde van de middag even een half uurtje naar de televisie mag kijken. Is aan haar de keuze welk filmpje we opzetten. En elke dag weer, kiest ze voor hetzelfde filmpje. Al weken horen wij de sympathieke postbode Pieter en zijn zoon Julian over een vliegerwedstrijd. En elke keer weer is Smoes de kat zo oenig om aan een vlieger te blijven hangen, waardoor ze door de lucht vliegt. Gelukkig is Baas Klus in de buurt en schiet ook buurmeisje Mira te hulp. Ze kan hem al bijna meepraten. Zo ook het voorleesverhaaltje voor het slapengaan. Ook weer een keuzemoment. En ja hoor, het verrast niet meer. Een boekje van Nijntje met daarin haar eigen naam. De eerste pagina heeft ze al ‘gelezen’ voordat het boek überhaupt opengeslagen is: “op een dag, wordt er op de deur geklopt”. Om het verhaal voor jezelf nog een beetje leuk te maken, bedenk je er wel eens iets bij. Of als het allang bedtijd is geweest laat je wat weg. Maar in beide gevallen geldt: ze heeft het door. Kijkt je aan en zegt “nee, nee”. Een wonderlijk fenomeen toch, continu herhalen. In de volwassenwereld is herhaling de kracht van de reclame… Hoewel we daar snel op uitgekeken zijn.

zaterdag 12 februari 2011

Marktkraam

Vandaag ontdekt dat we heel veel hebben. Wist het eigenlijk wel. Maar had het weggestopt. Kwam erachter toen ik er nog iets bij wilde stoppen. Het zit allemaal in een hele grote curverbox. De grootste die we konden vinden.
We kunnen bijna wel een winkeltje beginnen. Met alle rammelaars, beren en ander speelgoed. Voor we aan kinderen begonnen nooit gedacht dat het zo’n hoeveelheid kon worden. Eerlijk is eerlijk. Ze heeft overal mee gespeeld. Overal lol mee gehad. En van veel ook wat geleerd. Maar ja… d’r kwam ook steeds een ‘ik-ben-er-op-uitgekeken-moment’. Onvermijdelijk. Het bleef lang in de speelgoedkist liggen. Tot het naar de grote curverbox verhuisde. En zo raakte ze ook uitgekeken op het speelgoed dat daarna volgde. En ook op dat daarna. Ik ben de tel kwijt, geen idee aan het hoeveelste assortiment we nu bezig zijn. Het assortiment nu is veel ingewikkelder en uitdagender dan het eerste. Dat is zeker. Momenteel is ze druk moedertje aan het spelen. Haar poppen krijgen spenen en flesjes op z’n tijd. Mogen een rondje in de kinderwagen. Moeten een middagslaapje doen. Krijgen een welterustenknuffel en worden zelfs voorgelezen. Dat houdt ze vast nog wel een tijdje vol. Als haar broertje of zusje is uitgekeken op het speelgoed, dan ga ik een marktkraam huren. Om weer een beetje ruimte te creëren op zolder. Iemand interesse om mee te gaan?

vrijdag 11 februari 2011

Out of order

Zomaar een vrijdag. Een heel gewone vrijdag. Vandaag. Het begon er al mee, het ging de hele dag door en nu nog steeds. Ken je dat? Je wasmachine gaat stuk en dezelfde dag ook je droger. Nou is het dat niet. In mijn geval is het een stuk minder erg. Maar ’t is wel 'out of order'. Tijdelijk uitgeschakeld.
Vanmorgen begon het met de lamp op de overloop. Ik zet hem aan. Als altijd. Gewoon knopje indrukken, niets bijzonders. Hij ging aan, maakte geluid alsof er kortsluiting was en toen werd het weer donker. Misschien had ik het toen al moeten weten. Dat vandaag geen gewone werkdag zou worden. Werd het ook niet. Allerlei brandjes om te blussen, allerlei ‘adhocjes’ die directe aandacht vereisten. Zo’n dag hoort er af en toe gewoon even bij. Niet erg, ook wel weer spannend en leuk in zekere zin. Hoewel m’n planning hierdoor ook even 'out of order' was. Maar dat lost zich volgende week wel weer op. Maar het lijkt toch nog niet helemaal opgehouden… Hij piepte al nooit, maar stel dat hij dat wel zou doen, dan deed hij dat nu niet meer. Hij ligt er zielig bij. Hopeloos. Werkloos. Hij kan niets meer. Beweegt niet meer zoals hij dat altijd deed. Als ik hem daartoe aanzette. Hij is op. Hopelijk is het maar tijdelijk. Want dat touchscreentje waarmee ik nu de muisaanwijzer over m’n scherm moet bewegen maakt me nerveus. Zo maar eens op naar zolder om een nieuwe batterij te halen voor m’n muis. En ik hoor net dat ik niet de enige ben. Hij heeft ook iets dat 'out of order' is. De voorlamp van z’n auto. Voor de autolampverkopers in het winkelcentrum. Hij is nu onderweg voor een nieuwe. Leg maar alvast klaar. Voorlampje voor een Ford.

donderdag 10 februari 2011

Effe kappuh

Wij naar winkel gaan. Eten netjes jij. Gooien niet mag. Opruim speelgoed. Buiten aan jas. Effe kappuh nou. Zonder papa mama niet weg op. Jij te klein voor buiten spelen alleen. Huh? Geen zorgen, zie heus wel dat de zinnetjes niet goed zijn.
Ik kreeg vandaag een nieuwsbrief in m’n inbox. Van een luierfabrikant in samenwerking met opvoedexperts. Krijg de nieuwsbrief iedere maand. Staan tips en adviezen in. Past bij de leeftijd van je kind. Soms zijn de artikeltjes best interessant. Andere keren kan ik al koppensnellend constateren dat er weinig interessants te lezen valt. Vandaag de jouw-kind-is-25-maanden-nieuwsbrief. Eentje van de “Stichting open deur” in mijn beleving. Over taalontwikkeling. Je moet je kind het goede voorbeeld geven qua taalgebruik en zinsconstructies. Goede tip toch? Er staat ook een hele valide reden bij waarom je dat zou moeten doen: “dat hoef je het taalgebruik later minder te corrigeren”. Tja… Ikke begrijp. Maar, als je de taal nou niet helemaal juist gebruikt en je bent je daar niet van bewust. Hoe kan je dan corrigeren? Bovendien is onze taal toch al aan verandering onderhevig. Zo kijk ik niet raar op als iemand “hun hebben” tegen mij zegt. Schijnt te mogen tegenwoordig. Ach… nieuwsbrief verwijderd. Ik doe gewoon mijn ding. M’n gevoel volgen is vaak het beste. Tegen dit soort tips zeg ik: kappuh nou! Volgende keer weer een interessante nieuwsbrief?

woensdag 9 februari 2011

Kleine zee

Waarom er bankjes staan op de parkeerplaats van het grote Zweedse warenhuis heb ik nooit begrepen. Tot vandaag. Woensdagochtend leek mij een prima tijdstip om mij naar het warenhuis te begeven. Dan is het niet zo druk, dacht ik.
Het parkeerterrein was redelijk gevuld, maar geen zaterdagdrukte. Gordijnen aangeschaft, nieuw dekbed en twee dekbedovertrekken. Allemaal voor de nieuwe meisjeskamer. Had de kortste route genomen. Was in twintig minuten klaar. Door het zelfbedieningsmagazijn, naar kassa. Voor mij een echtpaar. Ze hadden geen winkelwagen, maar zo’n kar voor groot materieel. Imposant volgestapeld met platte dozen. Waarschijnlijk kasten. Bovenop prijkten een paar glazen vaasjes met nepbloemen, gezellige rode kussentjes en waxinelichtjes. Mevrouw vroeg zich hardop af of dit allemaal wel in de auto ging passen. Meneer twijfelde daar geen moment aan. De achterbank plat en moet je eens kijken wat een zee van ruimte dan ontstaat. Met gefronste wenkbrauwen en een diepe zucht accepteerde zij de woorden van haar man. Ze rekenden af en vertrokken naar hun auto. Ik was aan de beurt. Pinnen, inladen en naar de parkeerplaats. Daar aangekomen trof ik weer het echtpaar. Drie auto’s verder. De achterbank was inmiddels ingeklapt. De grootste doos werd als eerste de auto ingeschoven… Voor de helft… Want de ‘zee van ruimte’ bleek minder ruim dan gedacht. Hij gromde. Liep rood aan. Zuchtte geïrriteerd. Zij durfde niets te zeggen, hield krampachtig de vaasjes vast. Doos weer uit de auto. Andersom… Maar daar werd de doos niet kleiner van en de achterbak niet groter. Diagonaal. Hij ging er wel iets verder in, maar dan paste de rest niet…. Hoewel ik het best een uurtje had kunnen uithouden op het bankje op de parkeerplaats, heb ik mijn achterklep gesloten en ben ik naar huis gereden. Kind had trek in een boterham. Meneer, mevrouw, als één van u dit leest: hoe is het afgelopen?

dinsdag 8 februari 2011

Dubbelgoed

Hij is wit. Zacht. Twee oortjes. Vier poten. Ongeveer 30 cm groot. Best een beetje dik. Vriendelijk gezicht. Knuffelbaar ook. Ik begrijp best dat ze hem heel erg leuk vindt. Maar ik ben er te groot voor. Om met een knuffelbeer te slapen.
Ze heeft een knuffelkonijn. Die is samen met de witte ijsbeer favoriet. Ze slaapt met allebei. Met één van de twee lijkt slapen onmogelijk. Beide zijn nodig. Het konijn komt bij een groot warenhuis vandaag. Hij is van Zweedse makelij. We hebben er drie. Eén in haar bed. Twee in de kast als reserve. Van beer hebben we ook nog een extra exemplaar. Enige probleem is dat het een look-a-like is. Hij is namelijk bruin van kleur. Niet sneeuwwit zoals d’r lieveling. En ik weet niet of het door de kleur komt. Maar de bruine is lang zo leuk en lief niet als de witte. Misschien moeten we toch maar eens op zoek naar een witte eeneiige tweelingbroer. Gewoon voor de zekerheid. Kwijtraken zal niet snel lukken. Hij blijft namelijk in haar bed. Maar als ik af en toe zie hoe ze hem al slapend fijnknijpt, is er best een kansje aanwezig dat beer het op een gegeven moment begeeft. Of dat hij het met drie poten moet doen. En dan is een extra exemplaar toch geen verkeerd idee. Labeltje bestudeerd. Hij blijkt redelijk makkelijk te vinden. Is mascotte van een goed doel. Binnenkort maar eens bestellen. Doen we wat goeds voor onszelf en we steunen een goed doel. Dubbelgoed! Of beter gezegd: 'kikagoed'! 

maandag 7 februari 2011

FC Knudde

Brug open. Normaal niet leuk. Vandaag wel grappig. Ik stond stil en had goed zicht op het naast de weg gelegen trainingsveld. Een herenteam. Gehuld in zwarte trainingspakken. De helft van de heren droeg er een rood vest over, de andere helft een gele. Ze speelden tegen elkaar.
Ik ben een voetballiefhebber bij gelegenheid. Alleen bij interessante wedstrijden van ‘onze jongens’ zap ik op tijd naar de juiste zender. Een EK en WK vind ik leuk na de poolfase. Maar vandaag was ik toch heel even een voetballiefhebber. Het duurde slechts een paar minuten, maar ik genoot van de wedstrijd. Rood tegen geel. Zes tegen zes. Geel probeerde als eerste bij het doel van rood te komen. Het schot op doel was niet een klein beetje naast. Ze moesten de bal van het naastgelegen veldje halen. Zo’n 30 meter naast het doel. Toen was het de beurt aan rood. Verwoeste pogingen om bij het gele doel te komen. Ondanks een ogenschijnlijk hard schot van een meneer gehuld in geel, waarbij hij heel erg zijn best deed om de bal recht voor zich uit te trappen, rolde de bal met een sneltreinvaart de zijlijn over. De harde zijwind speelde hen parten. Enorm geestig gezicht, twee keepers die het net van het doel uit hun gezicht probeerden te houden. Tien veldspelers die bijna niet vooruitkwamen met tegenwind en die zichzelf voorbij renden met wind mee. De bal die ondanks heel tactische bewegingen van de spelers moeiteloos het pad van de wind koos. De heren kunnen vast wel een leuk potje voetballen, maar met deze windkracht was FC Knudde er niets bij.